De Italiaanse natuur- en sterrenkundige Galileo Galileï stond aan de wieg van de moderne astronomie. Hij ontdekte onder meer de vier grote manen van Jupiter (die ook wel de Galileïsche manen worden genoemd), de schijngestalten van Venus en hij zag als eerste zonnevlekken.
– een selectie uit – Wander Rooijackers – voor Historiek –
* Galileï start in 1581 met een studie geneeskunde aan de faculteit van de Pisa-Universiteit maar stapt al snel over op wiskunde en, iets later, natuurkunde. Hij begint met het bestuderen van pendules nadat hij in de kathedraal van Pisa een hangende lamp heen en weer heeft zien slingeren.
* Galileo Galileï ontdekte dat de slingertijd niet wordt beïnvloed door het gewicht van de slinger, maar door de lengte van de draad waaraan de slinger is opgehangen. Hoe korter de draad, des te sneller de slingerbeweging.
* Dit fenomeen noemt men isochronisme (Grieks: isos = gelijk, chronos = tijd). Galileï’s tijdgenoot Christiaan Huygens zal dit principe gebruiken als verbetering van de slingerklok die hij in 1657 patenteert. De pendel waarmee Galileï het isochronisme ontdekte is vandaag de dag nog te zien in de kathedraal van Pisa.
* Kort daarna kan Galileï aan de slag bij de universiteit van Padua waar hij als hoogleraar tot 1610 wiskundige vestingbouw, meetkunde, mechanica en sterrenkunde doceert. De grootste en meest indrukwekkende ontdekkingen doet Galileï op het gebied van de astronomie.
* In 1609 hoort hij van de uitvinding van de telescoop door de Middelburgse brillenmakers Zacharias Janssen en Hans Lipperhey. Galileï verbetert ‘de Hollandsche kijcker’ en maakt zijn eigen telescoop die niet drie maar twintig keer kan vergroten en richt deze naar de sterrenhemel.
* Galileï doet de ene ontdekking na de andere. Hij ziet kraters en bergen op de maan en op de zon ziet hij zwarte vlekken: zonnevlekken. Ontdekkingen die allebei in strijd zijn met Aristoteles’ leer die stelt dat de hemelobjecten volmaakt zijn. Als hij iets vreemds opmerkt aan weerszijden van Jupiter roept hij uit: “Ik heb Jupiter in drievoud gezien.”
* Pas in 1656 stelt Christiaan Huygens vast dat Galileï het ringenstelsel van de planeet moet hebben waargenomen. Ook komt de Pisa- astronoom erachter dat de Melkweg een verzameling sterren is en ontdekt hij de eerder genoemde Galileïsche manen van Jupiter en Venus’ schijngestalten.
* Door deze twee laatste constateringen weet Galileï nu zeker wat hij eerder al vermoedde: ook onze planeet (Aarde) draait om de zon en niet andersom. Dat vermoeden blijkt uit een brief uit 1597 aan de Duitse sterrenkundige Johannes Kepler, waarin hij schrijft: ‘De leer van Copernicus lijkt mij meer aannemelijk dan die van Aristoteles’.
* De leer van Copernicus is het heliocentrisme zoals beschreven in zijn manuscript De revolutionibus orbium coelestium (Over de omlopen van de hemellichamen) uit 1530. In de derde eeuw voor Christus was de Griekse astronoom Aristarchos van Samos al tot dezelfde conclusie gekomen.
* Het heliocentrische wereldbeeld staat lijnrecht tegenover het toen gangbare Aristotelische idee van het geocentrisme, dat ook werd beschreven door Plato en Ptolemaus: de aarde is het onbewogen middelpunt van het universum. Ook de almachtige Rooms-Katholieke kerk was het daar mee eens.
* Op 12 maart 1610 publiceert Galileï Sidereus Nuncius (Boodschapper van de Sterren), een boekje van zestig pagina’s waarin hij zijn bevindingen wereldkundig maakt. Het maakt hem beroemd in heel Europa en Cosimo II De Medici benoemt hem tot ‘Filosoof en Wiskundige van de Groothertog van Toscane’.
* Ondanks alle roem die hem ten deel valt is de kerk ‘not amused’. In 1616 wordt Galileï door de Inquisitie veroordeeld voor ketterij en geloofsdwaling. Hij wordt gedwongen afstand te doen van zijn ontdekkingen en hij mag het Copernicaanse model niet meer propageren.
* Op 12 maart 1610 publiceert hij Sidereus Nuncius (Boodschapper van de Sterren), een boekje van zestig pagina’s waarin hij zijn bevindingen wereldkundig maakt. Het maakt hem beroemd in heel Europa en Cosimo II De Medici benoemt hem tot ‘Filosoof en Wiskundige van de Groothertog van Toscane’.
* Ondanks alle roem die Galileï ten deel valt is de Kerk ‘not amused’. In 1616 wordt hij door de Inquisitie veroordeeld voor ketterij en geloof-dwaling. Galileï wordt gedwongen afstand te doen van zijn ontdekkingen en hij mag het Copernicaanse model niet meer propageren.
* Galileï zelf vindt zijn theorie niet strijdig met de leer van de kerk, die hij zelf ook aanhangt. Integendeel, het toont aan hoe ingenieus de schepping Gods in elkaar zit.
* Galileï lapt het verbod aan zijn laars als hij in 1632 in Florence zijn Dialogo publiceert, een boek waarin duidelijk het heliocentrische wereldbeeld in gespreksvorm wordt verdedigd.
* In oktober van dat jaar moet hij weer voor de kerkelijke rechtbank in Rome verschijnen. Deze veroordeelt Galileï tot levenslang huisarrest en dwingt hem zijn leer voorgoed af te zweren.
* Galileï, 69 jaar oud, schijnt bij het aanhoren van zijn vonnis te hebben uitgeroepen: ‘Eppur si muove’, en toch beweegt zij (de aarde om de zon).
* Galileï neemt zijn intrek in een Florentijns landhuis waar hij zijn belangrijkste boek schrijft: Discorsi e dimontrazioni matematiche intorno a due nuove scienze (Gesprekken en wiskundige bewijzen in twee nieuwe wetenschappen).
* In dit boek herschrijft hij de grondslagen van de mechanica. Het boek wordt naar Nederland gesmokkeld en in 1638 in Leiden uitgegeven door Louis Elzevier
* Op 8 januari 1642 sterft Galileï. De groothertog van Toscane Ferdinando II wil hem begraven op een ereplaats bij zijn vader en andere familieleden in de Basilica di Santa Croce in Florence.
* Paus Urbanus VIII en kardinaal Barberini laten hem echter begraven in een kleine ruimte naast de novicenkapel.
* In 1737 wordt hij herbegraven in het eervolle gedeelte van de kerk waar ook Niccolo Machiavelli en Leonardo da Vinci hun laatste rustplaats hebben.
* Pas in 1992 wordt de naam van Galileo Galileï gezuiverd wanneer paus Johannes Paulus II namens de kerk een excuus uitspreekt en de astronoom wordt erkend als een gelovig mens.